Om seniorvakantievakantiedagen aan te vragen, moeten u en uw werkgever bepaalde formulieren invullen. U kunt die vinden in uw uitbetalingsinstelling of uw plaatselijke RVA-kantoor.
Ieder jaar waarin u recht hebt op seniorvakantie, na de eerste maand met seniorvakantie, dient u een aanvraag in bij de uitbetalingsinstelling van uw keuze (vakbond of Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen). Voor de aanvraag gebruikt u het formulier C103-seniorvakantie-werknemer (zie link 1).
Uw werkgever doet een elektronische aangifte (aangifte scenario 9 genaamd). De print van deze elektronische aangifte scenario 9 die u ontvangt van uw werkgever, moet u niet indienen bij uw uitbetalingsinstelling.
De aanvraag om seniorvakantie-uitkeringen wordt door de uitbetalingsinstelling overgemaakt aan de RVA. De aanvraag moet bij de RVA toekomen ten laatste in februari van het jaar volgend op het jaar waarin vakantie wordt genomen.
Voor elke maand waarin u seniorvakantie neemt, dient uw werkgever een elektronische aangifte te doen van het aantal uren seniorvakantie. (aangifte scenario 10 genaamd). Hij zal u dan een print van deze aangifte bezorgen. U moet deze print niet aan uw uitbetalingsinstelling bezorgen, deze zal immers uw uitkeringen berekenen en betalen op basis van de gegevens die elektronisch waren overgemaakt.